PM-Gent
Oppervlakte en inhoud
Meetkunde 2 Handel

J. Vervaeke

1. 3 slangenmensen kunnen zich in een glazen kast van 65 cm lengte, 65 cm breedte en 60 cm hoogte dringen.

a) Bereken het volume in m³ van de glazen kast

b) Hoeveel liter water past in de glazen kast? Hoeveel 10l-emmers kan men daarmee vullen?

 

vraag 1a

Welk soort lichaam?

A recht prisma
B cilinder
C balk
D kubus


vraag 1b

Wat bepalen?

A Inhoud
B Volume


vraag 1c

Bereken het volume in m³ van de glazen kast (gebruik punt (.) als komma)

Het volume van de glazen kast bedraagt .


vraag 1d

Hoeveel liter water past in de glazen kast? Hoeveel 10l-emmers kan men daarmee volledig vullen?

Er kan amper liter water in de glazen kast! Hiermee kan je emmers water volledig vullen.


2. Bereken het volume van nevenstaand prisma met een trapezium als grondvlak.

vraag 2a

Welk soort lichaam?

A Rechte prisma
B Cilinder
C Balk
D Kubus


vraag 2b

Wat bepalen?

A Oppervlakte
B Volume


vraag 2c

Oppervlakte grondvlak?

De oppervlakte van het grondvlak bedraagt cm².


vraag 2d

Volume prisma?

Het volume van de prisma bedraagt cm²


3. Een reclamecilinder heeft een diameter van 1,50 m, zijn hoogte bedraagt 4,40m. Hoeveel ruimte neemt hij in in m³?

vraag 3a

Welk soort lichaam?

A Rechte prisma
B Cilinder
C Balk
D Kubus


vraag 3b

Wat bepalen?

A Oppervlakte
B Volume


vraag 3c

Oplossing (afgrond tot op 1 cijfer na de komma, uitgedrukt in cm³):

De oppervlakte van de cilinder bedraagt m³.


De resultaten worden naar onderstaand emailadres verzonden:
pm-webmaster@scarlet.be